
doop en avondmaal
Het ziet ernaar uit dat het nog langere tijd gaat duren voordat we ‘normaal’ kunnen samenkomen in de kerk. Ook al is het behelpen, de verkondiging kan via videostreaming doorgaan. Maar hoe zit het met de sacramenten? We delen met u wat in breed overleg besproken is met hoogleraren van de TUA, deputaten contact met de overheid en deputaten eredienst.
principiële reformatorische lijnen
- De doop is teken en zegel van Gods verbond. Kinderen worden gedoopt omdat ze tot het genadeverbond behoren en niet andersom. Met andere woorden: ook wanneer een kind nog niet gedoopt is, behoort het tot het verbond. Daarom is de doop niet heilsnoodzakelijk.
- Doop en avondmaal zijn niet alleen en niet allereerst tekenen of symbolen van ons geloof. De sacramenten zijn ook zegels: garanties van het heil dat God ons concreet aanreikt. In het avondmaal worden wij gevoed met lichaam en bloed van Jezus Christus. Daarom is het avondmaal niet optioneel: het kan niet gemist worden. Toegegeven moet worden dat deze principiële lijn (vanuit Calvijns theologie) in het Nederlandse gereformeerde protestantisme niet is volgehouden, door de frequentie van de avondmaalsbediening te verlagen (Calvijn wilde wekelijks avondmaal) en doordat voor de beleving van velen het avondmaal draait om de expressie van het geloof en om onze beleving ervan.
- De kerk heeft de bediening van de sacramenten altijd voorbehouden aan geordineerde / wettig bevestigde dienaren (priesters / predikanten). De bevoegdheid om de sacramenten te bedienen maakt, met de bediening van het Woord, het wezen van het ambt uit. Dit gegeven stond al onder druk, maar in coronatijd neemt die druk alleen maar toe. Anderzijds moeten we niet vergeten dat het ambt altijd is ingebed in de gemeente.
- In de bediening van de sacramenten komt de levende God ons tegemoet in ons concrete, fysieke bestaan. We horen niet alleen het Woord, maar we proeven ook dat de Heere goed is. Zo bepalen de sacramenten ons bij de concreetheid, de vleselijkheid van het heil. Jezus Christus is echt mens geworden, één van ons, en met dat menselijk lichaam is Hij nu in de hemel. De elementen van water, brood en wijn zijn onmisbaar en onvervangbaar. Spiritualisering in welke vorm dan ook strijdt met het wezen van het sacrament. De gemeente moet het ene brood delen. Het fysieke karakter van het sacrament vraagt om fysieke verbondenheid. Een fysieke - in tegenstelling tot een digitale - verbondenheid markeert dat in de liturgie God niet virtueel, maar daadwerkelijk tot ons komt.
naar de praktijk

doopbediening
Wanneer de gemeente, naar wij hopen, vanaf 1 juli met maximaal 100 aanwezigen in het kerkgebouw weer mag samenkomen, kan de doopbediening ook weer plaatsvinden. Het is gewenst om dit in het midden van de gemeente te doen, zodat de gemeente getuige is van de doop en ook de belofte kan uitspreken om ouders bij te staan hun ja-woord na te komen en de dopeling voor te gaan in een leven met Christus.
Het CIO (interkerkelijk contact overheidszaken) stelt dat predikanten niet vallen onder de contactberoepen. Daarmee lijkt het onmogelijk om in de praktijk de doop uit te voeren zonder gebruik te maken van ‘een verlengde hand’. Het gebruik van deze ‘verlengde hand’ in bijvoorbeeld de vorm van een jacobsschelp aan een stok is een manier om de anderhalve meter in acht te nemen. Toch menen de betrokkenen, genoemd in de inleiding, dat met inachtneming van alle voorschriften rondom hygiëne en de actieve vraag naar de gezondheid van zowel dopeling, doopouders als predikant, voor het korte moment van de doop deze anderhalve meter verantwoord kan worden doorbroken. Bij een volwassen dopeling zal die nabijheid nog meer aan de orde zijn dan bij een klein kind dat de ouders van zich af vasthouden richting de doopvont.
Belangrijk in dezen is hoe de kerkenraad de verantwoordelijkheid neemt voor zowel de dopeling als de doopouders en zorgvuldigheid betracht met betrekking tot de beeldvorming van de kerken. Er zal altijd goede afstemming nodig zijn met de dopeling of de doopouders. Maak indien gewenst bij de doop gebruik van mondkapjes.
De doopvragen en de zegen worden uitgesproken op een afstand van anderhalve meter. Als er meer dopelingen zijn, wordt ook tussen de dopelingen en/of de doopouders deze afstand in acht genomen.

avondmaal
Het lijkt aantrekkelijk om, zoals sommige andere kerken aanbevelen, mensen thuis voor de laptop mee te laten vieren met een avondmaalsviering in de kerk, met eigen brood en eigen wijn. Het sacramentsverstaan dat hieruit spreekt, lijkt echter spiritualistisch en individualistisch. We delen niet werkelijk het ene brood, maar we doen alsof. Je zou dat kunnen verdedigen als een praktische noodmaatregel. Het probleem is dat de suggestie wordt gewekt dat je op deze manier ook het sacrament ontvangt, maar dat is niet zo.
In onze tijd is er juist alle reden om te benadrukken dat je ter plekke moet zijn om van een ambtsdrager brood en wijn aangereikt te krijgen in de gemeenschap van de gelovigen. In de praktijk kan dit na 1 juli weer gebeuren als er ruimte komt om met maximaal 100 mensen aanwezig te zijn in de kerk. In de meeste gevallen zal het niet lukken om de hele gemeente in één dienst te ontmoeten. De gedachte om dit op te lossen is het avondmaal te vieren in meer diensten achter elkaar, de twee diensten op die ene zondag die mogelijk zijn met ’s ochtends een deel van de gemeente en ’s middags of ’s avonds. Of de avondmaalsviering te spreiden over een aantal zondagen achter elkaar.
Het is niet aan te bevelen om aan tafel het avondmaal te vieren, omdat het dan erg lastig is de anderhalve meter in acht te nemen. Voorkeur verdient een viering waarin ambtsdragers brood en wijn uitdelen en de wijn uit kleine bekertjes wordt gedronken. De uitdelers nemen dan alle hygiënemaatregelen van het schoonmaken van de handen in acht en dragen indien gewenst een handschoen en/of een mondmasker.
Denk bij de viering aan een opstelling in een kring als het gebouw dat toelaat, eventueel in twee kringen die op voldoende afstand van elkaar staan. Bij een lopende viering is er veel beweging van lucht en bij anderhalve meter afstand geeft het wellicht ook minder het gevoel van de gemeenschap door het ene geloof.
De kerkenraad zal vanuit de kaders die aangegeven worden zelf moeten zoeken wat in de situatie van het kerkgebouw de meest handige manier van vieren is, waarbij recht gedaan wordt aan de maatregelen én aan de wezenlijke elementen van de viering.
_______
Bron: ds. Jelle Nutma, hoogleraren van de TUA, deputaten contact met de overheid en deputaten eredienst
Contactpersonen / meer informatie: Dienstenbureau via het e-mailadres in tijden van corona: verbinding@cgk.nl
alle coronaberichten op onze website: www.cgk.nl/corona | hulp bieden en hulp vragen: www.nietalleen.nl |